Russische dienlepel geëmailleerd in de Cloisonné techniek. De zilveren dienlepel heeft een op de hand gehamerde lepelbak en een getordeerde steel die als bekroning een torenknop in de vorm van een ui heeft. De dienlepel is geëmailleerd in de kleuren azuurblauw, donkerblauw, wit, groen, geel, rood en geel op een vergulde achtergrond weegt 41 gram en is 16.1 cm lang. De lepelbak is 5.2 cm lang bij 3.9 cm breed. De dienlepel is gestempeld met een ons nog onbekend meesterteken en het Kokoshnik merkteken (moeilijk leesbaar) dit is een Russisch zilvermerk waarop de afbeelding van een meisjeshoofd staat dat vanaf 1899 gebruikt werd. Het Kokoshnik zilvermerk op deze lepel is gebruikt van 1908 tot 1926 het nummer 84 (84 zolotniki) in dit zilvermerk verwijst naar het gehalte van het zilver, bij deze lepel is dat 875/1000.
Cloisonné is een manier van emailleren. Op deze lepel zijn in een bepaald patroon zilveren draden gesoldeerd. In de vakjes die dan ontstaan brengt men het gekleurde emailpoeder aan. De zilveren draden zorgen ervoor dat de verschillende kleuren emailpoeder tijdens het verhitten in de oven niet uitlopen.
De naam Kokoshnik verwijst naar de traditionele Russische hoofd versiering (dat het meisje op het zilvermerk draagt) van een tiara in diadeem vorm dat aan de achterkant van het hoofd met lange dikke linten wordt vastgebonden. Aan het eind van de 19e eeuw leefde het dragen van deze diadeem vormige tiara’s weer op en werden onderdeel van het officiële hofkostuum van de royalty’s en hofdames.